Noldina

Gebouwd in 1929 bij Gebr. Kooiman in Zwijndrecht: bouwnummer 97.

Uitgerust met een tripel expansie stoommachine van 210 ipk van De Man en te Veldhuis in Dordrecht (later werd dat machinefabriek Avontuur).

De eerste eigenaar - G.J van Emmerloot uit Engelen -  vernoemde de boot naar zijn vrouw Noldina.

Tijdens de oorlog is het schip gezonken in 1943/44, op het IJsselmeer. Het werd in 1945/46 geborgen en is toen teruggegaan naar scheepswerf Kooiman in Zwijndrecht om geheel opgeknapt te worden, waarbij de stoommachine werd verwijderd. Die ging voor revisie naar machinefabriek Avontuur in Dordrecht.

In 1954 werd de stoommachine vervangen voor een 6 cilinder Stork Ricardo van 365 pk, maar deze bleek niet sterk genoeg en werd op zijn beurt in 1958 weer vervangen voor een 8 cilinder versie van 504 pk bij 650 toeren. Deze laatste genoemde staat er nog steeds in.

Het schip heeft veelal voor de NPRC (Nederlandse Particuliere Rijnvaart Centrale) gevaren, tot 1973. Het vaargebied was voornamelijk Nederland en Duitsland en bestond uit het slepen van vrachtschepen op de Rijnvaart. In 1973 was er bijna geen werk meer voor de Noldina en werd het schip opgelegd en er moest beslist worden: ombouwen tot duwboot en moderniseren of verkopen. Men besloot tot het laatste.

In 1974 werd zij verkocht aan een baggerbedrijf in Dendermonde (België) Haeck & van der Meersche. Dit bedrijf had een 12-tal sleepboten die omgebouwd waren tot krabber: ploegen/egaliseren van de bodem. Er hing een soort grote hark onder de boot om de bodem los te trekken/egaliseren. De losgetrokken bodem werd dan door de stroming afgevoerd. Het werkgebied was de Schelde bij Antwerpen. Dit werk werd tot 1999 gedaan. Daarna werd de Noldina opgelegd in het Straatsburg dok in Antwerpen. Tot 2003.

In 2004 werd het voor de sloop verkocht naar scheepssloperij Stolk in Hendrik Ido Ambacht.

In juli 2004 kocht ik de sleepboot om hem weer in oude staat terug te brengen, zoals hij was na de ombouw van stoomsleepboot naar motorsleepboot in 1954.

Previous Next